Werk je met mbo-stagiairs, dan weet je dat aandacht essentieel is voor een geslaagde stage. Genoeg oprechte aandacht voor iedere student hoort een vast onderdeel te zijn van de begeleiding. Maar in de praktijk is dit niet altijd zo gemakkelijk als het klinkt. Het vraagt om een heldere koers en bewuste keuzes in aanpak en beleid rond stages. Over dit onderwerp gingen professionals uit bedrijven in gesprek tijdens het jaarlijkse SBB-event ‘Beroep op de Toekomst’. 

Het thema ‘Aandacht is het nieuwe goud!’ sprak veel professionals in leerbedrijven aan, waaronder stage-en opleidingscoördinatoren, HR-medewerkers, teamleiders en praktijkopleiders. Zo’n 160 gasten kwamen op maandag 3 november naar het Congrescentrum 1931 in ’s-Hertogenbosch. Daar werden ze hartelijk welkom geheten door dagvoorzitter Noortje Haarman, teamleider Zorg, Welzijn & Sport en Martijn van Blitterswijk, manager Klant & Diensten van SBB.

Goede balans is uitdaging

Er werken veel bevlogen praktijkopleiders in leerbedrijven. Maar SBB signaleert ook dat het lastig kan zijn om een goede balans te vinden tussen aandacht geven aan je stagiairs en alle andere dingen die langskomen op een drukke werkdag. Martijn: “SBB erkent leerbedrijven en is er vanaf het begin bij om leerbedrijven te helpen met deze uitdaging. We geven advies over hoe je aandacht tot een structureel onderdeel van de begeleiding kan maken en bieden praktische ondersteuning.”

In de toekomst stemt SBB de dienstverlening nog beter af op de mogelijke vragen van leerbedrijven. “Behoefte aan ondersteuning komt vaak op bepaalde momenten voor”, vertelt Martijn. “Bijvoorbeeld als er een nieuwe stagiair of nieuwe praktijkopleider van start gaat in een bedrijf. We willen bedrijven precies op die momenten actief onze praktische ondersteuning aanbieden.”

Aandachtige betrokkenheid

Keynotespreker Gerdien Bertram-Troost, hoogleraar onderwijs in levensbeschouwelijk en pedagogisch perspectief aan de Vrije Universiteit Amsterdam, nam de zaal mee in haar visie op aandachtige betrokkenheid. Ze benadrukte dat jonge studenten niet alleen stagelopen om het vak te leren, maar ook om hun plek te vinden in de volwassen wereld. Dat valt niet altijd mee in onze prestatiegerichte maatschappij, waar alles langs de meetlat wordt gelegd en de nadruk ligt op economische resultaten en efficiency. “Om echt tijd en ruimte te maken voor aandachtige betrokkenheid, moet je soms tegen de stroom in durven zwemmen. Dat vraagt om keuzes in strategie en beleid, maar het begint bij jezelf”, sloot Gerdien af.

Stof tot nadenken

In het World Café wisselden collega-organisaties in kleinere groepjes hun ervaringen uit aan de hand van stellingen. Dit gaf aanleiding tot levendige gesprekken en discussies.


Bij ons is aandacht een heel belangrijk thema. Maar met veel vestigingen en praktijkopleiders op afstand is het niet altijd gemakkelijk om de kwaliteit van aandacht overal scherp in het vizier te hebben. Iemand uit een gehandicaptenzorgorganisatie vertelde in ons groepje dat zij daarom hun pool hebben verkleind. Zoiets is bij ons niet haalbaar, maar het geeft wel stof tot nadenken.


Rody en Danny, HR-afdeling van Albert Heijn

Rol van de praktijkopleider

Schoolpsycholoog Liza Poppens gaf een interactieve sessie over welbevinden op de stageplek. Een vraag die leefde onder de deelnemers, was: 'Waar stopt de rol van de praktijkopleider?' Vooral bij studenten met ernstige problemen kan die grens een dilemma zijn. Liza: “Ik ken een voorbeeld van een praktijkopleider die altijd een paar extra boterhammen smeerde voor een stagiair die in armoede leefde. Dat vond ik mooi. Maar hoe ver je wil gaan in je hulp, is een persoonlijke keuze. Je kan al heel veel doen door echt te luisteren naar studenten, ze verwachten heus niet van jou dat je hun problemen gaat oplossen.”

Aandacht borgen in de organisatie

In de sessie van gedragsinterventie-specialist Annette Dölle draaide het om de vraag: hoe borg je aandacht in jouw organisatie? Annette: “Mijn advies is om - zonder meteen te oordelen - naar de bestaande patronen in jouw organisatie te kijken. Welke ingesleten verbindingen, protocollen en (onuitgesproken) sociale regels zie je dan? En wat is daarvan de invloed op de tijd en ruimte die er is voor echte aandacht? Vervolgens kijk je of je bepaalde patronen met kleine stapjes kan ombuigen naar een win-win-win, waarin iedereen wordt gezien. Met minimale handelingen op de werkvloer kun je een maximaal effect bereiken. ”


In ons ziekenhuis hebben we al mooie stappen gemaakt als het gaat over aandacht voor stagiairs. De sessie van Annette inspireert ons om ook meer naar de invloed van patronen te kijken. Zo is de opmerking ‘Daar hebben we geen tijd voor’ bij ons soms wel een standaardreactie. Je kan je afvragen: zit het hem echt in ‘tijd’ of is het ook iets in de cultuur of in het systeem dat we kunnen kantelen? Daar willen we wat speldenprikjes over gaan geven.


Yvonne en Charlotte, HR-afdeling Jeroen Bosch Ziekenhuis